woensdag 15 december 2010

citaten en quotes van belcampo



'Sterven zonder nageslacht is al een dubbel sterven, maar een wereld achterlaten waarin je taal wordt uitgeroeid is het bitterste van alles

------------------------------------------------------------------------------------------------------

Wat in mij opwelt is eigenlijk geen letterkunst of woordkunst. Het is gedachtenkunst, geen monument
van de taal. De taal is slaaf, een karretje dat voert door landschappen van gedachten

------------------------------------------------------------------------------------------------------

Alle ellende in de wereld komt hiervandaan, dat verreweg de meeste mensen niet beschikken over de
bij hen passende denkbeelden

------------------------------------------------------------------------------------------------------

De alfabetische rangschikking heeft iets wonderbaarlijks. Onder de schijn van een volmaakte orde
verbergt zij het minst samenhangende, het meest chaotische

-------------------------------------------------------------------------------------------------------

De dood moet men breed aanpakken. Dat is het hele eieren eten

-------------------------------------------------------------------------------------------------------

De kunst begint pas waar de waarheid ophoudt

-------------------------------------------------------------------------------------------------------

De mens is een stuk wrakhout op de oceaan des levens

-------------------------------------------------------------------------------------------------------

Het enige dat wij absoluut zeker weten is dat wij hier op aarde een tijd moeten doorbrengen.
Welnu die tijd moeten wij zo goed mogelijk zien te bedsteden

-------------------------------------------------------------------------------------------------------

Hij was zo dik, dat zijn beenderen veeleer in zijn vlees schenen te hangen, dan zijn vlees aan zijn
beenderen, als men ten minste het voortwoekerend 'vet' vlees mag noemen.

-------------------------------------------------------------------------------------------------------

Hoezeer ze ook haar verleden beminde en haar heden prees, de warmste gloed straalde haar tegen
uit de toekomst, dat was nog eens een toekomst om een verleden van te maken.

-------------------------------------------------------------------------------------------------------

Je wordt geboren, je leeft een tijdje, je begrijpt er geen bliksem van en je gaat dood

------------------------------------------------------------------------------------------------------

het grote gebeuren





Belcampo was het pseudoniem voor de Nederlandse schrijver en arts Herman Pieter Schönfeld Wichers.Hij groeide op in Rijssen en studeerde notarieel recht in Leiden en Amsterdam. Hij ging vervolgens op reis door Europa en publiceerde  in 1938, De zwerftocht van Belcampo. In 1937 ging hij medicijnen studeren en in 1949 legde hij zijn artsenexamen af. Van 1953 tot 1967 was hij studentenarts in Groningen. Hij was 87 toen hij overleed en ligt begraven in Rijssen.
Ooit schreef hij: ‘Je wordt geboren, je leeft een tijdje, je begrijpt er geen bliksem van en je gaat dood.
In zijn bekendste verhaal Het grote gebeuren laat hij de apocalyps in Rijssen afspelen en geeft en passant de burgemeester nog een veeg uit de pan. Het gevolg is dat het gemeentebestuur zich verzette tegen de plaatsing van een plaquette voor Belcampo.’
Het zal Belcampo, waarschijnlijk nog nagrinnikend in het graf, weinig kunnen schelen.



zaterdag 11 december 2010

4 van belcampo,s boeken








voor meer van belcampo,s boeken kan u kijken op http://www.boekenverkoper.nl/search.php?auteur=Belcampo

Overijsselaars op reis K.D. Schönfeld Wichers

Karel Diederik Schönfeld Wichers (Naarden 1901 - Rijssen 1993) had een bekende broer, Herman Pieter, beter bekend onder zijn auteursnaam Belcampo. Aanvankelijk hadden beiden veel gemeen: ze studeerden allebei notarieel recht, in het voetspoor van hun vader, die zich als notaris in Rijssen had gevestigd, en beiden maakten ze voor de Tweede Wereldoorlog lange reizen door Europa. Daarna werd ieders levensloop totaal anders. ‘Meneer Karel’, zoals hij door de Rijssenaren werd aangesproken, verwierf geen nationale bekendheid, maar des te meer in Rijssen. Karel Schönfeld Wichers had als vrijgezel tijd voor hobby’s: het dialect van Rijssen en reizen. Zijn motto was ‘liever vrije tijd dan geld’. Uit zijn eerste hobby kwamen een aantal woordenboeken van het dialect van Rijssen en Twente voort, uit zijn tweede hobby een groot aantal reisverhalen, geschreven in het Riessens.

Zoals gezegd, reizen deed Karel Schönfeld Wichers voor de oorlog al, toen nog per fiets. In de jaren vijftig ontwierp hij de voorloper van de camper, de Kueklkoare, een houten opbouw op het onderstel van een kleine Renault-vrachtwagen. Door de extra plekken op het achterbalkon was er plek voor 4/5 personen.


Foto: De Kueklkoare, de woonwagen (het woord camper bestond toen nog niet) van 'meneer Karel'.

Hij reisde alleen, met één of twee reisgenoten en een aantal keren met ‘de mùege’ (de jongelui), zoals hij ze aanduidt in zijn verhalen (namen noemt hij niet), die een generatie jonger waren dan hijzelf, nog niet gebonden waren en die zich konden veroorloven om er zes weken tussenuit te gaan. In 1959 reisde hij samen met de kunstenaar Jan Broeze naar Spanje.
De reisverhalen geven een mooi beeld van de jaren vijftig, zestig. Eigenlijk kon er heel veel in die tijd: je kon met de fiets op de trein overal komen, je kon kamperen langs de weg, je ging op de bonnefooi, aan reisverzekeringen dacht niemand.

Op een oude schrijfmachine typte ‘meneer Karel’ zijn aantekeningen uit. De typemachine was zo’n beetje de enige luxe die hij bezat. In zijn boshut in het Rijssense veld, waar hij de tweede helft van zijn leven permanent woonde, was ook geen plaats voor luxe artikelen. Die kon hij ook missen als kiespijn. Op zijn reizen bleef hij met een oud stereo-toestel foto’s maken, die hij ook afdrukte in zijn boeken en die hij thuis met zijn ‘kiekkast’ kon bekijken. In zijn boek staat een uitgebreide handleiding hoe je de foto’s zodanig moet bekijken dat je er diepte in ziet.


Foto: het interieur van de Kueklkoare.

Ondanks dat hij afgezonderd leefde, was hij geen kluizenaar. Hij ontving regelmatig bezoek en zijn verjaardagen werden opgeluisterd met muziek en wijn en velen die iets te betekenen hadden op het gebied van heemkunde en dialectstudie, zijn grote hobby’s, waren erbij. Hij had vele ‘kunnegn’, een Twents woord voor zowel ‘vrienden’ als ‘bekenden’.
Praten deed hij graag maar niet in het openbaar. Toen hij zich toch eens had laten verleiden tot het geven van een lezing, stelde hij de dia-projector op, deed het licht uit en zette de bandrecorder aan waarop hij zijn tekst had ingesproken.

Pas eind jaren tachtig gaf hij zijn reisverhalen uit. In 1985 Noar ’t vuerspiejege aejlaand, een verslag van een zesweekse fietstocht naar en op Sicilië en in 1989 verscheen Raesjbreeve oet de Kueklkoare, een gebundelde serie verhalen over reizen te voet, per fiets en in de Kueklkoare door Frankrijk, Spanje en Italië.

Eigenlijk zouden deze boeken ook vertaald moeten worden, ondanks het gevaar dat dan de typische Twentse humor, die in bepaalde dialectwoorden besloten ligt, verloren gaat. De verhalen verdienen een breder publiek – een tweetalige uitgave zou nog mooier zijn.

foto belcampo

                                                                        belcampo                                                       voor zijn huisje in het bos van rijssen

foto belcampo

                                                        belcampo in zijn tuin in groningen

foto: frank straatemeier

mijn ontmoeting met belcampo

ik was rond de leeftijd van 15
toen ik op een dag met wat klasgenoten
van mijn school  in rijssen
naar het bos ging
eenmaal verder in het bos geraakt
kwamen wij het huis tegen van wat ik later
heb uitgezocht belcampo
nog niet wetend wie deze lieve oude man was
wel ondekte ik zelf snel dat hij een kluizenaar was
eenmaal dichter bij het huisje kwam belcampo naar buiten
en nodigde ons binnen
eenmaal binnen aangekomen keek ik in het rond
ik zag veel boeken en een piano dat was het eerst wat mij opviel
belcampo vroeg aan ons jeugd of wij een stuk fruit wouden
daarvan nam ik een banaan
vervolgens heb ik ook nog wat noten geslagen op zijn piano
opeens riep belcampo KIJK KONIJNTJES hij zag buiten zijn huis konijntjes lopen
en idd ik zag ze ook
hij vond het zo mooi de diertjes te zien
ik dacht al gelijk bij mijzelf deze man is dan wel een kluizenaar maar geniet van alle kleine dingen om hem heen
ik denk dat het hem enigzins ook wel goed deed dat wij jeugd er waren
toen werd het als snel donker en wisten wij dat wij weer moesten gaan
enigzins waren wij jeugden de weg een beetje kwijt in het bos naar enige uren dan toch
kwamen wij uit het bos

2 dagen later ben ik weer het bos in gegaan op weg naar het huisje van belcampo
en heb weer een stuk fruit gegeten en heb even bij hem gezeten
eigenlijk genoot ik ook wel van de rust daar voor even een hele andre wereld
belcampo zij op een gegeven moment dat in de schuur nabij zijn huis een oude militaire wagen stond
echter ben ik daar niet gaan kijken zonder dat hij er toesteming voor gaf
het werd weer later en ik ging weer naar huis

toen ik enkele dagen later weer langs wou gaan
bleek dat belcampo was overleden
het was al wat donker toen ik ging kijken
het vreemde was dat de lampen van het huisje even aan gingen
ik schrok en rende weg
was dit belcampo zijn laatste groet

heel veel jaren later rond 2008
kwam ik een foto tegen op het internet van belcampo
en ben gaan zoeken naar wie hij was
niet wetende dat hij toch een bekendheid was
mijn moeder van oorsprong enternaar maar later rijssense geworden
kon mij dan ook een beetje vertellen over hem

belcampo ( al was het maar kort ) lieve vriend het ga je goed